BBR-homepage
ntfulogo
Aangesloten bij de Belgische Bond voor Rijwieltoerisme en VTT (BBR)

Fietsweek Pyreneeën
 
 

Dag 1

Zaterdag 4 juni
 Vandaag was gepland om omstreeks 04.45 uur te vertrekken op de parkeerplaats van het zwembad in Axel.
Hier werden enkelen uitgezwaaid door familie en kwamen we er al spoedig achter dat afspraken tussen Axelaaars en Terneuzenaars ondanks de fusie nog niet geheel waterdicht zijn. Na een redelijke discussie en wat heen en weer gebel op het vroege uur, slaagde Peter er toch in om Erik in Othene uit de klei te trekken. Dit leidde er toe dat alle bagage iets over vijven in de auto’s zat en alle fietsen op de kar stonden en er via Sas van Gent koers gezet kon worden naar Frankrijk. Dit was maar goed ook, want tijdens het ophalen van Danny bleek dat het voorwiel van Meeuwis een zelfstandig leven gaan leiden was op de fietskar.
Met Patrick als kartrekker en Peter als achterrijder aan het stuur zijn we op weg.
Na een voorspoedig eerste gedeelte van de reis werd de eerste stop omstreeks half 10 gemaakt na zo’n 500 km. Onderweg was de enige bron van opwinding te vinden doordat Peter net de afslag niet kon nemen, terwijl vaste navigator Erik toevallig net zijn ogen even dicht had.
Nadat de tank en de inwendige mens weer gevuld waren, waren we klaar voor het vervolg van de reis. Hier dacht een Franse dame echter anders over, ondanks dat ze bleef ontkennen stond er een dikke groene streep van haar portier op de buitenspiegel van een zilverkleurige Opel.
Dit ontlokte de vaste bestuurder om in niet mis te verstaan frans de dame drie keer als stom wuuf te benoemen. Dit overigens zonder veel support van de overige bemanning, die met het schaamrood op de kaken over zo’n vocabulair zich snel in de auto hadden verschanst.
Op naar de tweede stop. Onderweg twee zware ongelukken gezien, voor de rest verloopt alles voorspoedig.
Net de grote nieuwe brug van Millau gepasseerd, zijn we klaar voor de volgende stop. Hier zijn enkele herstelwerkzaamheden gepleegd. Allereerst het oliepeil van de Opel bijgevuld en Meeuwis voorin de auto gezet bij Patrick. Achterin was hij waarschijnlijk toch een beetje zeeziek geworden van het schudden van de kar.
Na nog een kleine twee uur verder gereden te hebben bereiken we via steile bergweggetjes om vijf uur ‘s avonds onze plaats van bestemming Le Troubadour in Boule d ‘Amont. Verlaten en verstoken van GSM verbinding stellen we het thuisfront via de huistelefoon op de hoogte van onze aankomst.
Alles ingepakt, besluiten Peter, Meeuwis, Erik en Marc om nog een klein toertje te maken. Rudie zoekt het zwembad op voor een frisse duik, dit moet hij later op de avond nog bekopen met een migraine aanval.
Jan, Danny en Patrick verkennen nog even de omgeving en omstreeks acht uur zitten we heerlijk aan tafel te genieten van een goede maaltijd. De basis voor een goed begin op Zondag is gelegd, als we op tijd in bed kunnen geraken tenminste.

 
Click to enlarge
 

Dag 2

Zondag 5 juni
 Acht uur ontbijt. Het ontbijt verzorgd door de gastvrouw was geweldig, verse jam, eigen gebakken brood, warme toast en muesli.
Onder een zonnige hemel zijn we om negen uur vertrokken voor de eerste ronde van 75 km om er in te komen.
Het eerste uur verliep voorspoedig, bergaf en windmee. Vervolgens was het even zoeken naar een mogelijkheid om ergens iets te drinken. Hiervoor waren we iets te vroeg. Zelfs een bezoek aan de lokale markt in Fourques was niet toereikend om aan koffie te komen bij gebrek aan terras. Toen de lokale gendarmerie zelfs onze fietsen wilden kopen zijn we maar snel doorgereden.
Na enig klimwerk kwamen we aan in Oms, off all places. Hier werden we gastvrij ontvangen door de lokale herberg/supermarkthouder. We moesten meteen met de helft van de plaatselijke bevolking op de foto. Zoveel gastvrijheid zijn we niet meer gewoon. Danny stelde voor om goed onze fietsen in de gaten te houden.
In Oms stuurde Meeuwis de klimgeiten Jan en Rudie alvast vooruit op verkenning. Helaas wel de verkeerde richting uit.
Nadat Marc onder de indruk van alle gastvrijheid nog de plaatselijke bevolking bij het oppompen van zijn fietsband met een patroon wakker geknald had, konden we verder. Een klim van een kleine 20 km naar de Col de Fourtou lag op ons te wachten.
Op zoek naar een gelegenheid om tussen de middag iets te eten, kwamen we uit in St Marsal. Het terras was bevolkt met motorlui, Nederlandse fietsers en enkele vreemde Fransen. Op het terras hingen geuren die sterk overeen kwamen met hogere sferen.
Uiteindelijk gingen we binnen eten. We hebben alleen salades genuttigd. De kok was niet in staat, zelfs niet na enkele verzoeken om soep of spaghetti te bereiden. Dan nemen we dus ook geen dessert.
Vanaf St Marsal gaan we terug op huis aan naar Boule d’Amont.
Tijdens de afdaling werd Jan nog getroffen door materieële pech. Een spaak in zijn achterwiel begaf het, dat wordt een hele klus om aan een nieuwe te komen. Uiteindelijk hebben we de rest van de middag doorgebracht aan de rand van het zwembad, waar we onder het genot van enkele verkoelende biertjes en sterke verhalen rood gekleurd vandaan kwamen. Meeuwis en Peter hebben lekker geping-pongd.
Op het menu staat vanavond vis. We worden lekker verwend. De voorspelling is dat we omstreeks half elf zullen gaan slapen. Het blijft bij een voorspelling.
 
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
 

Dag 3

Maandag 6 juni
 Vandaag staat de tocht naar Collioure, aan de Middellandse zeekust op het programma.
Collioure, zo mooi, zo prachtig, zo schilderachtig. Uiteindelijk zouden we uitkomen op 145 km. Meeuwis stond vandaag op met een beetje een houten kop. Na twee dagen heeft hij vier keer zijn hoofd gestoten tegen de houten balk boven zijn bed.
Ook in de Gite van Jan en Rudie was er sprake van enige consternatie. Daar ging ‘s nachts vier keer de wekker af, nondeju.
Na het ontbijt gaat Jan naar Ceret om zijn wiel te laten maken. De rest gaat op weg naar Collioure.
Dat gaat behalve de eerste klim van Col de Fourtou voorspoedig. Berg af, wind mee en het schilderachtige Collioure in beeld. Toch slagen we erin om enigszins rond te rijden alvorens de goede wegen te nemen.
Op een mooi terras in Soredes genieten we van de koffie, cola en orangina.
Omstreeks het middaguur arriveren we in Collioure. We kijken wat rond en nemen onze intrek op een terras aan de mediteranee zo blauw. Helaas, geen spaghetti of warme maaltijd voorhanden. Het enige positieve behalve het uitzicht is dat Peter nog de voetjes gekoeld heeft in de mediteranee.
Dan maar naar een restaurant in het centrum waar we genieten van lekkere entrecots met friet en rijst. De president prefereert iets culinairs in de vorm van vissoep met een speciale salade.
Tegen twee uur gaan we terug naar Boule d’Amont. Nu is het andere patat, windje tegen, bergop en af en toe de weg kwijt.
De man met de hamer is niet ver weg en deelt zo nu en dan een klop uit. Als tussenstop komen we weer in Fourques terecht, waar Mark het nog voor elkaar kreeg om in een put te vallen tijdens het draaien.
Op naar de tussenstop in Oms. Ietwat verbrokkeld komen we aan bij de al eerder gememoreerde plaatselijke herberg / supermarkt.
We zijn weer welkom, dit is een hele verassing, meestal zijn we dit slechts één keer. Het scheelt blijkbaar een hoop als bepaalde Avanti-leden thuis blijven. Vermoeid maar voldaan bereiken we met respectievelijke tijdsverschillen, zoals het hoort na een echte bergetappe.
De troubadour,Jan, is er in geslaagd om zijn fiets gemaakt te krijgen en al een proefritje te maken. Onder het genot van een kersje en een natje maken we ons op voor het avond eten. Wat een verrassing, eindelijk spaghetti en wat voor een spaghetti. Danny krijgt een portie extra voor het kopwerk tegen de wind in. Gelukkig is er ruim voldoende voor de rest over.
Nog nooit meegemaakt, spaghetti als voorgerecht en kip in cognacsaus als hoofdgerecht.
Ondanks dat de motor veel verbruikt heeft zullen we dankzij de goede zorgen niet als brandhout thuiskomen. We zoeken omstreeks elf uur ons bed op, wiegen is niet nodig. Meeuwis gaat met een helm op slapen vannacht.
 
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
 

Dag 4

Dinsdag 7 juni
 Vandaag verwelkomen we een gastrenner in ons midden. Steven Garrett, zoon van de eigenaar van de Troubadour. We zetten aan voor een rondrit van 85 km in de omgeving.
Een ideale dag vandaag, er is eigenlijk niets bijzonders gebeurd, dus een rustige voorbereiding op de grote dag van morgen.
Het enige vermeldenswaardige is de grote dode das die op de weg lag. Volgens Meeuwis kon het net zo goed een sjaal geweest zijn. Na de koffie maakten we ons op voor een onverwachte beklimming. Steil en wind tegen op weg naar Arboussols. Maar na een inspanning komt de beloning, een keurige afdaling langs het water naar Vinca, waar we de lunch genuttigd hebben.
Vanuit Vinca terug op huis aan, met de beklimming vanuit Bouleternere naar Boule d’Amont als afsluiting. We waren keurig op tijd thuis om nog even een gezellige duik te nemen in het zwembad. Aan het zwembad is de rest van de dag letterlijk en figuurlijk verteerd.
Onder het genot van een koel pilsje werd een keurig windorgelconcert afgespeeld.
‘s Avonds de dag afgesloten met een lekker diner, een Catalaanse lekkernij, afgesloten met heerlijke chocoladetaart. We zijn er helemaal klaar voor om er morgen een serieuze lap op te geven. Alleen nog even op tijd in bed geraken.
 
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
   
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge Click to enlarge Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge Click to enlarge Click to enlarge
 
   

Dag 5

Woensdag 8 juni
De dag van de waarheid, het uur U.
Om 9.00 vertrekken we met auto’s en fietskar naar Ax les Thermes.
Dit blijkt een behoorlijke tocht door de bergen te zijn. Of het te wijten is aan het navigeren, het acceleren of het transpireren blijft gissen, maar in de Peugeot wordt eenieder ietwat misselijk.
Na een kleine drie uur bereiken we de startplaats van vandaag Albies. Een heel eind dichter bij Plateau de Beille.
Onder de indruk van het hooggebergte en de lange heenweg korten we de tocht van vandaag noodgedwongen iets in. Nog even omkleden, een kakje aan de rivier en langs de bakker en we zijn er klaar voor. De klim naar Plateau de Beille.
Danny bereikt als eerste de top in een uur. Gevolgd door Peter in 1.17 en Patrick in 1.18 uur. Meeuwis had 1.28 uur nodig kort voor Mark 1.29 en Erik 1.33. Rudie kwam na 1.52 uur over de finish. Jan bereikte in etappes de aankomst.
Na enkele consumpties, op het terras met prachtig uitzicht op het massief met besneeuwde bergtoppen, genieten we moe maar voldaan. Rudie wilde al eerder naar beneden. Onder het mom schiet op met die cola, ik heb niet veel tijd.
Na een mooie afdaling bereiken we terug de fietskar. Voor sommigen valt het aantal kilometers ietwat tegen “het lijkt wel een rustdag”.
Na ons verfrist te hebben aan de bron, waar een enkeling zelfs keek hoe diep deze was, gaan we op de Troubadour aan.
Onderweg nog even getankt, dat valt overigens nog niet mee in Frankrijk zijn alle tankstations immers aan de linkse kant van de weg en als je van de andere kant komt misschien ook wel.
Omstreeks zeven uur na een weg vol prachtige vergezichten en tal van bochten bereiken we onze eindbestemming. Geen tijd meer om onderweg een geitenkaasje te gaan proeven. We hebben dorst, het eerste pilsje is op kosten van het huis, als beloning.
Na een heerlijk voedzame maaltijd babbelen we nog wat na. Ze gaan ons niet moeten wiegen vanavond.
Nog even op de kaart kijken voor de route van morgen. Het zal wel, de spanning is er af. Dat is ook goed te merken aan de vreemde geuren, je zou zweren dat Mark toch geitenkaas gaan eten is.
 
 
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
 

Dag 6

Donderdag 9 juni
 Gisteren die pokke bult, vandaag een mooi rondritje van 100 km in de omgeving op het programma. Tocht naar Ceret en omstreken. Voor Jan geen onbekend terrein. Hij beveelt het ons warm aan. Rudie en Jan alvast vooruit gestuurd en de rest er achteraan.
De dag begon enigszins knallend, tijdens de beklimming van de col Fourtou werd de affakkelinstallatie vol open gezet. Dit moet hoorbaar geweest zijn tot diep in het dal.
In de buurt van St Marsal liep er een koe op de weg. Mark was niet meer te houden, een foto met het aardige beest was het gevolg. Opvallend detail hierop is de intelligente blik van het beest.
Verder op weg naar Ceret lopen we Jan en Rudie in. Precies op de splitsing richting Vila zien we een mooie strakke blonde meid op een racefiets. Het gerucht dat het hier gaat om Joyce van de lokaliteitenwinkeltje Serrabonne zal aan het eind van de middag klandizie trekken.
Rudie heeft waarschijnlijk iets uit een ander potje gesnoept. Hij is vandaag niet te houden en snelt ons vooruit richting Ceret. Blij dat we daar een terrasje bereiken voor een tussenstop onder de platanen.
Ceret is inderdaad een leuk bedrijvig stadje, met een boel aan loslopend natuurschoon. We waren het nog niet echt beu, maar de plicht roept.
Via de col de Llauro gaan we op weg naar Thuir met een lusje langs St Colombe. Mooie wegen met beklimmingen en afdalingen zijn ons deel. Tussen de middag zijn we wel toe aan iets hartigs. Wat niemand nog gezien had rook Mark al van ver. Een binnenterras bij een leuk restaurant.
Er bestond hier enig verschil van mening over sportvoeding en gangenmenu, wat leidde tot een ietwat verschillend bestelpatroon.
Na het eten konden we meteen aan de bak. Op weg naar Castelnou, kwamen we langs ademsnijdende beklimmingen.
Bij een enkeling speelt de maag nog ietwat op, het ijs moet nog smelten. De beloning is voortreffelijk, vergezichten die zelfs uitzicht bieden over de Mediterranee. Via een lus wordt er koers gezet naar Bouleternere, waar de bidons gevuld werden voor de laatste beklimming richting Boule d’Amont. Sommigen hadden blijkbaar nog niet genoeg, en sloegen halverwege af voor een stukje peperkoek en lekkernijen van de streek bij Joyce op het terras. De extra klim naar de Serrabonne viel achteraf gezien ietwat tegen, er moest nog een halve kilometer op koersschoenen afgelegd worden om het mooie uitzicht te verkrijgen. Stuk voor stuk druppelen we binnen in onze thuishaven, waar de kersen en de versnaperingen weer heerlijk zijn. Enkelen zoeken nog het zwembad op en we verfrissen ons voor het avondeten en de afsluiting.
Achteraf bleek dat Joyce ook niet blond en strak was, wat de pret niet mocht drukken. Opvallend detail aan deze dag is de vele beesten die we onderweg zien op de weg: Een koe, struisvogels, twee slangen en een tuinslang. Ondanks dat het allemaal makkelijk leek hebben we toch enkele jassen uitgedaan vandaag.
De dagen beginnen te tellen. Vanavond op tijd naar bed en morgen gezond weer op.
 
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge Click to enlarge
 
 

Dag 7

Vrijdag 10 juni
 De final Countdown. Rondrit via Amelie les Bains naar Corsavy. Schatting zo’n 95 km.
Het gezond weer op van gisteren was niet aan eenieder besteed.
‘s Morgens op het appèl misten we Erik, hij was ziek en niet in staat om te fietsen. Ook bij Jan ging het eten wat moeizaam.
Jan en Rudie gingen alvast vooruit, we zouden ze onderweg wel inhalen. Kort na het vertrek nam Sam foto’s van ons op de Col de Fourtou en de Col de Xatard. Waar we gisteren vele verschillende soorten beesten langs de weg zagen, zagen we er nu weer veel, maar allemaal van dezelfde soort. We moesten dwars door een kudde koeien.
Onderweg was er nog even sprake van verwarring toen Patrick riep Canigou. Meeuwis antwoordde “waar moeten we naar toe”. Mark hield het bij “ik ben zo moe”.
Na een goede 10 km klimmen, was het lekker dalen. We misten dan ook pardoes de afslag naar Montbolo. Van paniek was geen sprake, er zijn immers meerdere wegen die naar Amelie les Bains leidden, en de onze ging zelfs steeds omlaag.
Bij het binnenrijden kregen we al snel Jan in het vizier.
Ook Rudie was hier ter plekke snel opgespoord. Hij was als enige er wel in geslaagd de goede afslagen te nemen.
Bij Mark sloeg nog even de schrik om het hart toen zijn helm niet meer paste. Even dacht hij dat zijn hoofd gezwollen was van de struisvogelpaté die hij gegeten had. Er was echter sprake van een misselijkmakende grap. Al snel zaten we lekker geïnstalleerd op het terras in de kuuroordstad Amelie les Bains.
Er was sprake van beduidend minder natuurschoon dan in Ceret.
Blijkbaar moet je eerst oud en lelijk worden om welgesteld te zijn.
Na het verlaten van het terras zetten we koers naar Corsavy, leuk plaatsje op grote hoogte.
Jan besloot dat hij direkt op Boule d’Amont afkoerste. Achteraf geen onverstandige beslissing.
De weg naar Corsavy was lang, steil en warm. Onderweg riep Mark nog even om Meeuwis te testen dat hij even ging stoppen. Meeuwis had hier geen goed woord voor over: Ben je zot, je moet doorrijden, als je stopt ben je eraan.
De weg terug van Corsavy ging naar beneden maar vereiste toch nog de nodige concentratie. Een smal bobbelig weggetje van 15 procent naar beneden, met midden op de weg zo’n akelige vlooienbaal van een hond.
Dik na enen konden we aan de dis in Amelie les Bains. Ook nu was er weer sprake van een grote varieteit in keuze. Ook in de drank was er sprake van enige dissonantie. Meeuwis koos voor sangria bij het eten, onder het mom we zitten hier vlak bij Spanje. Als afronding namen enkelen nog een ijsje ter grote van 6 kinderijsjes.
Hierna kon de terugtocht en de laatste loodjes van deze fietsweek aanvangen. Nog enkele stevige klimmetjes en de afdeling naar Boule d’Amont en het zit erop.
Rudie was alvast vertrokken, maar we hebben hem niet meer gezien. Als de fietsweek nog enkele dagen zou duren, zou hij ons allemaal het snot voor de ogen rijden. Stiekem was hij daar al mee begonnen.
Bij het binnenrijden maakt Liedeke nog foto’s van ons. Gelukkig gaat het met Erik en Jan ook al iets beter. Ze gaan zelfs al bezoek bij Joyce van de Serrabonne om te proeven van de lekkernijen.
Voor het avondeten nemen we nog de groepsfoto’s bij de troubadour en bieden Sam en Liedeke nog een bedankje aan voor de fantastische zorgen en verzorging de we mochten ontvangen.
Het eten zal vast weer perfect zijn. Moe maar voldaan zullen we ons bed opzoeken, om ons voor te bereiden op de lange weg terug naar huis.
 
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge Click to enlarge
Click to enlarge Click to enlarge
Click to enlarge Click to enlarge
Click to enlarge Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge
Click to enlarge